Waterwinning duurzaam combineren

Laatste nieuws

Laatste nieuws

06 jun, 15:16 •

Lancering webpagina “Waterwinst, waterwinning duurzaam combineren” op BTO-dag

03 mrt, 15:49 •

Webpagina klaar voor BTO-bijeenkomst 10-3-2016

Heuvelland


Het heuvellandschap is gesitueerd in het zuiden van Limburg (ten zuiden van Sittard en Geleen).

Onderstaande tekst is overgenomen uit Witte, J.P.M. et al, 2007

Ontstaan

Het Heuvelland bestaat uit door Maas en diverse beken ingesleten plateau’s van een grote keur aan geologische afzettingen. De oudste geologische afzettingen zijn meer dan 300 miljoen jaar oud.

Dwarsdoorsnede van Heuvelland, Witte, J.P.M. et al, 2007
Geohydrologische dwarsdoorsnede van het landschaptype Heuvelland (bron:Witte, J.P.M. et al, 2007.)

Natuurlijke processen

De combinatie van grote hoogteverschillen en slecht doorlatende lagen zorgt in het heuvelland voor een groot verval van het grondwater. Waar het grondwater tot aan het maaiveld reikt, treedt op een kleine plek geconcentreerd grondwater uit (sterke kwel).

In hydrologisch opzicht zijn een kalksteenpakket (Krijt) en zandige pakketten met vele slechtdoorlatende klei- en leemlenzen (Vaalsergroenzanden, diverse Tertiaire afzettingen) van belang. Deze pakketten zijn bijna overal aan de bovenkant bedekt door löss. De kalksteen vormt een uitgestrekt watervoerend pakket, dat wordt gedraineerd door de Maas en de diepe dalen van beken zoals Geul, Gulp en Geleenbeek. In de kalksteen komen ook de grootste kwelbronnen voor. De hoogteligging van het kalksteenpakket bepaalt sterk het patroon van bronnen, kwelplekken en de aanwezigheid van beekjes in de hogere zijdalen. Waar het kalksteenpakket een hoge ligging heeft ten opzichte van de dalen (plateau van Margraten) heeft het plateau droge dalen. De bronnen en kwelplekken liggen daar alleen in de diepe dalen die het watervoerende pakket in de kalksteen aansnijden.

Waar het plateau vooral is opgebouwd uit een meerlagig watervoerend pakket van zand met leem- en kleilenzen (plateau van Vaals, Centraal plateau) vindt men hoog op de hellingen bronnen en kwelplekken. De hogere zijdalen hebben hier ook beken. Doordat op een helling vaak meerdere slechtdoorlatende lagen worden aangesneden, komen hier in een kleinschalig patroon op meerdere hoogtes bronnen en kwelplekken voor, afgewisseld door droge plekken. De waterhuishouding van zulke systemen is complex.

Naast de geologische stratigrafie zijn de vele breuken (o.a. de Feldbiss-breuk) van grote invloed op de grondwaterhuishouding. De breukvlakken zijn vaak versmeerd en daardoor slecht doorlatend. Daardoor kan over korte afstand de grondwaterspiegel verspringen. Breuken bepalen in dalen de positie van bronnen en kwelplekken (bijvoorbeeld de Noorbeemden wordt door de St. Maartensvoerenbreuk beïnvloed en het bronnenbos Bovenste Hof door de Feldbiss breuk).

Naast beschreven geohydrologische kenmerken is de veelal hoge basenrijkdom typerend voor het heuvelland. Dat heeft te maken met de aanwezigheid van kalksteen, nog kalkhoudende löss en andere kalkhoudende afzettingen, waar het grondwater doorheen stroomt. Omdat echter niet alle afzettingen kalk bevatten, kan de basenrijkdom ruimtelijk nog aanmerkelijk variëren (zoals in het Bunderbos). Van oude beschrijvingen zijn ook heideachtige begroeiingen met Gagel bekend, die gevoed werden door basenarm grondwater. Belangrijk is om te beseffen dat het diepere grondwater niet altijd het basenrijkst is. Diep grondwater dat vanuit Miocene zanden toestroomt is betrekkelijk basenarm. In natte gebieden met dagzomende kalk of kalkrijk verspoeld materiaal van de hellingen (colluvuim) bepaalt de kalk in de bodem zelf de hoge basenrijkdom.

Momenteel is het grondwater vaak vervuild met nitraat, vooral de hogere bronnen van de meerlagige watervoerende pakketten. Deze bronnen liggen het dichtst bij het bemeste plateau. Daar waar het plateau grotendeels uit bos bestaat (plateau van Vijlen) zijn de hogere bron- en kwelplekken nog vrij schoon. In het kalksteenpakket treden ook hoge nitraatgehalten op, mede doordat nitraat nauwelijks denitrificeert bij gebrek aan pyriet en organisch materiaal.
Bij de vele bronnen horen kenmerkende brongemeenschappen (van bos, open vegetatie en ruigte). De bronbossen vertonen een grote variatie die nauw samenhangt met het waterregime en de waterkwaliteit. In bronweiden komt een speciaal type Dotterbloemhooiland voor dat gebonden is aan een zeer hoge basenrijkdom. Omdat bron- en kwelplekken vaak in een kleinschalig patroon voorkomen, zijn er ook veel nat-droog gradiënten aanwezig in de bossen en graslanden. Daarnaast komen er op enkele locaties nog voedselarme kalkmoerassen voor.

Bedreigingen

Vermesting van het grondwater

Door bemesting op de plateau’s treedt sterke vervuiling op met nitraat. Voor alle natte natuurtypen is vermesting via het grondwater momenteel de grootste bedreiging.

Verdroging

Belangrijkste oorzaak is verdieping van beken waardoor de grondwaterstand in het dal sterk is verlaagd. In diepe dalen zijn beken verdiept door beeknormalisaties (Roode Beek, Geleenbeek) en in hogere kleinere dalen door terugschrijdende erosie ten gevolge van piekafvoeren (vergroting oppervlakteafvoer door verandering landbouw en opruimen graften, riooloverstorten). Daarnaast spelen lokaal detailontwatering, grondwateronttrekking, open mijnbouw en de aanleg van het Albertkanaal een rol.

Op de plateau’s is tevens de infiltratie verminderd door vergroting van het verhard oppervlak. Mogelijk heeft hier intensivering van de landbouw geleid tot een vermindering van de grondwateraanvulling (door bodemverdichting meer afvoer van regenwater over maaiveld). Rivierverruiming in de Grensmaas kan in de toekomst leiden tot verdroging door vergroting van de drainage uit het eerste watervoerende pakket.

Verzuring door wegvallen van kwel

Door ontwatering in de dalen kan het wegvallen van kwel leiden tot verzuring. In het heuvelland is dit knelpunt echter van ondergeschikt belang.

Meer informatie

  • Witte, J.P.M., C.J.S. Aggenbach & J. Runhaar, 2007. Grondwater voor Natuur
  • Praeadvies Beekdalen Heuvellandschap. OBN-rapport 2009/dk108-O;
  • Ecohydrologische Atlas Limburg 1989-1996 (Uitgave Provincie Limburg),
  • Kiwa-rapport KOA95.052: Onderzoek naar de gewenste grond- en oppervlaktewatersituatie in hydrologisch gevoelige natuurgebieden in de provincie Limburg.